Dinsdag naar het grechtsgebouw

Dinsdagochtend moeten we om tien uur bij de politiepost zijn. Er vindt vandaag een uitspraak plaats door de officier van justitie in het paleis van justitie.
Bij de politiepost staat ook een andere auto. Daarin zitten onder andere de chauffeur van de andere auto en zijn ernstig gewonde kind.
Ik spreek tegenover Zakaria mijn verbazing uit, dat het kind hier is en niet in het zieken- huis. Het ziekenhuis is echter te ver weg van huis en daarom is het kind hier. Geld kan echter ook een niet uitgesproken reden zijn.
Het kind slaapt op de arm van moeder met een groot verband om het hoofdje en een been in een spalk. Na een uur wachten gaan we in “optocht” naar het paleis van justitie. Zakaria heeft zijn nachtdienst gebruikt, om de formaliteiten in orde te maken.
We komen na enig wachten in een kamer, waar een besnorde man achter een bureau zit. Hij vraagt in het kort een verklaring van de beide chauffeurs.
Ik vertaal van het Nederlands naar het Engels, Zakaria naar het Arabisch en zo krijgt de man antwoord.
Wij worden de gang opgestuurd en na een kwartier komt de uitspraak. Jan krijgt zijn rijbewijs terug en eind april komt er een vervolgzitting, waar de rechtsbijstand maar hulp moet verlenen.
We gaan opgelucht na de uitspraak met Zakaria koffie drinken. Even later komt er een vriend van Zakaria bij zitten. Wij nemen hartelijk afscheid en ieder gaat zijns weegs.
Zakaria belt mij later op, dat hij zijn bier bij de camping komt halen.
Ik pak een tas met bier en wijn, dat ik buiten de camping aflever. Zakaria komt nog even de camping op, om afscheid van Joke te nemen en gaat daarna weg.
Truus en Jan kunnen nu met het vliegtuig naar Nederland. Zij zijn echter niet bij machte, om alles zelf op het vliegveld te organiseren. Ik heb dus een gids voor ze geregeld, die ze begeleid tot aan de douane en die voor een taxi zorgt. Morgenavond om zeven uur gaat het vliegtuig en kunnen ze op Schiphol in een klaarstaande taxi stappen.
We eindigen ook deze dag met een gezamenlijke maaltijd. Na de maaltijd nemen we afscheid van elkaar. Wij moeten morgen vroeg op, terwijl Jan en Truus hun rust hard nodig hebben.